Menu

Timo Tembuyser over transparantie & taboe

08 maart 2023

Een eindeloze inspiratiebron van ridicule paradoxen, zo noemt theatermaker en zanger Timo Tembuyser het christendom. Hij groeide op in Ninove, een klein stadje in de buurt van Brussel, waar hij in een knapenkoor zong. Met dat verleden probeert hij in zijn werk in het reine te komen: hij componeert hedendaagse sacrale koormuziek, terwijl hij tegelijkertijd een gemeenschap onderzoekt ‘die uitsluit en insluit en eigenlijk een beetje schijnheilig is.’

Interview met Timo Tembuyser voor PLAN Talentontwikkeling Brabant
Tekst: Mina Etemad

Dat schijnheilige zit bijvoorbeeld in het beeld dat het christendom van vrouwen geeft. ‘Als we aan een moeder denken,’ legt Tembuyser uit, ‘zien we een soort Maria voor ons: een heilige vrouw die geen seks heeft gehad maar wel zwanger wordt en die bevalt terwijl haar maagdenvlies intact blijft. Het christendom draagt allemaal van dat soort belachelijke mysteries in zich die de vrouwelijke kracht ondermijnen.’

Daarom zette Tembuyser de moederfiguur centraal in Missa Mater Sola, een voorstelling die hem een nominatie voor de BNG Bank Theaterprijs 2022 opleverde. Bij hem is die figuur geen archetypische moeder, maar een bron van vrouwelijke kracht. Zulke schijnheiligheden van het christendom deconstrueren doet hij wel altijd met respect. ‘Ik heb begrip en compassie voor mensen die geloven, maar niet voor de kerk en het Vaticaan als instituut. Niet voor de top-down denkende mannen die bepalen wat we moeten doen en laten, wie zondig is en wie niet, en wat vrouwen met hun lichamen moeten doen.’

Hij klinkt ietwat fel, maar het is niet zijn bedoeling om tegen schenen aan te schoppen. ‘Wel ertegenaan te schuren’, verduidelijkt hij. ‘In sommige kerken mag je een altaar bijvoorbeeld niet aanraken, maar in Missa Mater Sola leun ik er halfnaakt tegenaan met een moeder in mijn armen. In Missa Homo Sacer ga ik er zelfs op zitten, dan zoek ik heel gestileerd met een man onder het kruis.’

Stembevrijding
Tembuyser heeft altijd nog schoonheid kunnen vinden in religie, vooral wanneer het zingen betreft. ‘Een koor is per definitie inclusief,’ vindt hij, ‘want iedereen die meezingt krijgt een stem. De vraag is alleen wie toegang krijgt tot dat koor.’ Zelf voelde hij zich toen hij bij het knapenkoor zat enerzijds opgenomen in de gemeenschap, en anderzijds ervoer hij uitsluiting. ‘Ik voelde me buitengesloten door mijn seksualiteit, als man die van mannen houdt.’ Die kant van hem mocht geen plek hebben binnen de kerk.

Technische zanglessen heeft hij nu pas, op het Conservatorium in Tilburg. Maar wat vormend was in zijn ontwikkeling als maker, was stembevrijding. ‘In het tweede jaar op de toneelschool had ik een soort van mental breakdown. Toen heb ik gereisd en kwam terecht bij gemeenschappen en sjamanen die een stem niet alleen als muzikaal instrument zien, maar als je hele ziel.’ De stem kun je zelfs zien als het meest transparante communicatiemiddel: ‘Je hoort meteen aan iemands stem of iemand zenuwachtig of emotioneel is of iets vasthoudt.’

Zelf had Tembuyser ook te maken met blokkades. ‘Mijn ouders zijn gescheiden toen ik jong was en daardoor ben ik gefragmenteerd opgevoed. Op school moest ik mijn seksualiteit verbergen. Dan word je op jonge leeftijd slim in het belichten of verbergen van delen van jezelf.’ Door zijn tijd bij de verschillende stammen, kon hij zijn stem bevrijden. ‘Ik leerde landen in de eenheid, zodat ik altijd overal dezelfde persoon ben. Langzaamaan kon ik mijn stem volledig geven aan wie ik ben en mijn blokkades loslaten.’

Sinds kort richt hij zich meer op solozang en vraagt zich af: wat is zijn stijl of stem als het ensemble wegvalt? ‘Daar was ik in Missa Mater Sola al mee bezig, met hoe het individu meer ruimte wil krijgen door bijvoorbeeld een eigen songtekst te zingen los van de rest.’

Lust & angst
Toch wil hij altijd nog dat gemeenschapsgevoel oproepen bij zijn publiek. Samen helen. In Missa Homo Sacer is hij verwikkeld in een soort erotische knuffel of misschien wel gevecht met zijn medespeler. Tembuyser: ‘Er zit lust in, maar ook angst. Om ons heen begint het koor een Kyrie, waarmee je een mis inleidt, te zingen. Deze voorstelling hebben we in kerken in Noord-Nederland gespeeld. Dan voelde ik dat het publiek dat beeld van twee mannen die zo intiem zijn in een kerk kapot wilde maken door bijvoorbeeld te schuifelen of te kuchen. Maar doordat het koor dat Kyrie zingt waar het publiek zich wel toe kan verhouden, gebeurt er iets spannends.’

Dat ‘iets’ noemt hij heling. ‘Vaak genoeg zijn mensen na zo’n voorstelling naar me toe gekomen om me te bedanken. “Zoiets heb ik nog nooit gezien, maar ik had er behoefte aan”, zeggen ze dan. Daar zit voor mij het helende aspect in: ik verleid mensen met een koorstuk maar laat ook iets zien wat mogelijk problematisch of taboe is.’ De frictie daartussen, daar zit volgens hem de mogelijkheid voor heling.

Net als in de stilte. Tembuysers voorstellingen eindigen daar meestal mee. ‘Meestal zijn er geen mensen die meteen willen gaan klappen, maar wil iedereen nog even in die ruimte blijven. Dan luisteren we samen even naar die stilte. Dat is misschien wel het mooiste applaus.’

Foto door Bas de Brouwer