Interview met Plankton in NRC
01 oktober 2024Op 9 september ging de nieuwste voorstelling van Plankton in première. ‘ Er rent een berg voorbij’ toert t/m januari 2025 langs de theaters. NRC..
Lees verder..Theatermaker Maxime Dreesen wil vanuit de slaapkamer de straat op, want seks kan in diens visie ook een activiteit zijn die publiekelijk plaatsvindt met meerdere mensen tegelijkertijd. ‘We leren aan dat seks iets is wat je één op één doet in je bed en dat het heel privé is,’ legt Dreesen uit. ‘Maar je hoeft je niet te verstoppen in de slaapkamer met één persoon. Plezier en genot kun je ook collectief ervaren.’
Interview met Maxime Dreesen voor PLAN Talentontwikkeling Brabant
Tekst: Mina Etemad
Dreesen bedoelt niet dat we allemaal orgies moeten gaan hebben, al mag dat wel als we willen. ‘Ik verlang naar een toekomst die veel spontaner is dan de wereld nu en waar we elkaar meer intimiteit en plezier bezorgen, ook door plekken buiten op te zoeken die verschillende prikkels geven, zoals bossen, parken of sauna’s.’ Niet alleen maar grote groepsekssessies dus, maar wat dan nog meer? ‘Je gaat bijvoorbeeld met een groep mensen naar een bos en verstopt je. Je ziet anderen in de verte en probeert elkaar te vinden. De spanning van het zoeken naar elkaar kun je meenemen in seksuele opwinding.’
Het gaat Dreesen er dus om dat we meer mogelijkheden zien voor seksualiteit dan het standaardbeeld van een koppel dat onder de dekens kruipt. Het verrijkt je leven als je meer vormen van seksualiteit kent, vindt Dreesen.
Kralenketting van stijlen
In diens werk toont die allerlei mogelijkheden voor zulke seksuele bevrijding, waarvoor die op het podium allerlei vormen gebruikt: drag, muziek, dans, tekst. ‘Echt een kralenketting van stijlen.’ Want misschien kan iemand zich beter verhouden tot de bewegingen van het lichaam en verleiding vinden in dans. Voor iemand anders kan het meer in het woord zitten en in hoe je taal gebruikt om te communiceren wat je fijn vindt. Weer een ander voelt zich misschien aangetrokken tot drag omdat je een ander personage aanneemt waardoor je je seksualiteit een andere twist kunt geven.
De voorstelling waar die nu aan werkt vertrekt vanuit cruising. Dreesen: ‘De meest gangbare definitie van cruisen is seks zoeken op openbare plekken. De metaforische definitie is dat je ronddwaalt en in een web van onverwachte ontmoetingen terechtkomt.’ Cruisen wordt nu vooral gedaan door homomannen op homo-ontmoetingsplekken, maar Dreesens missie is dat iedereen naar een strand of park kan gaan en daar seksueel plezier kan beleven, zonder zich onveilig of gegeneerd te voelen.
Hoe de voorstelling, die Peekaboo gaat heten en in januari 2025 in première zal gaan, er precies uit komt te zien weet Dreesen nog niet. Wel zal die voor het eerst met professionele acteurs werken – tot nu toe was Dreesen vooral in soloperformances te zien, waarvoor die ook andere makers uitnodigde. Ook maakte die een protestperformance met jongeren tussen de 16 en 21 jaar over de strijd voor vrijheid binnen seksualiteit en gender.
Een terugkerend element in diens werk is het alter ego Tabooboo, een figuur die schaamte niet als zwakte heeft, maar als kracht. Als een soort van dragperformance belichaamt Dreesen die andere kant van henzelf, al verandert die nauwelijks van uiterlijk – slechts twee rode blush-cirkels op diens gezicht signaleren dat die op dat moment Tabooboo is. ‘Tabooboo zingt en danst om totaal vrij te kunnen zijn en wil andere mensen bevrijden van schaamte’, aldus Dreesen.
Solar-anus
Dat alter ego doet of zegt dingen die Dreesen zelf niet altijd durft. Tijdens een performance slikte Tabooboo bijvoorbeeld eens een denkbeeldig lichtje in en vertelde het publiek hoe dat lichtje een reis aflegde door diens lichaam tot het uit diens anus naar buiten kwam. ‘Langzaamaan kwamen er dan zogenaamd lichtstralen uit me, alsof ik een solar-anus werd die iedereen verblindt. Op een zachte en lieve manier – zonder naakt te zijn of mensen te shockeren – liet ik mensen hun aandacht brengen naar een plek die vaak in het donker zit. Wat gebeurt er als je je die plek voorstelt als een mooie, warme zon?’
Nadat die met Peekaboo heeft getoerd, wil Dreesen zich met Tabooboo wagen aan een muziekalbum. ‘In mijn solovoorstellingen maakte ik al muziek en heb daar enorm veel plezier uit gehaald.’ Dat wil die verder verkennen in een aantal nummers, vertrekkend vanuit hyperpop, gemixt met musical, techno en pianoballades.
Binnenkort gaat Dreesen vijf demo’s opnemen met vijf artiesten die verschillende muziekgenres beheersen. ‘Met elk van die artiesten ga ik een gesprek aan over wat er taboe is voor hen om zo tot een gezamenlijk verhaal of onderwerp te komen.’ Het maakproces moet nog beginnen, hoe de songs zullen klinken is nog een verrassing. Maar net zoals in diens andere werk zal speelsheid, seksualiteit en de wens om nieuwe manieren van samenzijn te ontdekken een rol spelen.
Foto’s: copyright PLAN-portret Maxime Dreesen door Niels Vinck.
Op 9 september ging de nieuwste voorstelling van Plankton in première. ‘ Er rent een berg voorbij’ toert t/m januari 2025 langs de theaters. NRC sprak met de makers Sonja van Ojen en Hendrik Kegels:
De wereld waarmee Plankton de ‘fantasiespier ’ van hun toeschouwers traint, is er dus een waarin de mens nadrukkelijk níet boven z’n omgeving staat. „De westerse mens is in de afgelopen eeuwen alles wat geen mens is als gebruiksvoorwerp gaan beschouwen”, zegt Van Ojen. „In onze voorstellingen draaien we het om: we zijn als acteurs dienstbaar aan de omgeving, aan het decor. De achtergrond wordt de voorgrond.” Hendrik Kegels: „In Er rent een berg voorbij zitten we letterlijk achter de decorstukken.”
Het gaat al genoeg over voetbal deze EK-weken, so let’s not go there, maar toch: ook PLAN is een elftal. Afgelopen week kreeg het netwerk voor talentontwikkeling in de podiumkunsten het goede nieuws dat het de komende vier jaar is opgenomen in de Basisinfrastructuur (BIS).
Maar! Het netwerk kan alleen zo sterk werken – en gewaardeerd worden door commissies – dankzij de duurzame samenwerking tussen de 11 trouwe partners.
Niet alleen Cement is de dupe van een schrijnend tekort aan middelen, maar vele makers en instellingen, zoals de eerder aan PLAN verbonden makers House of Nouws, The100Hands en Katja Heitmann.
Het festival beraadt zich op de reactie richting de provincie. Help het festival in verdere stappen. Steun Cement! Zoek ze online op en stuur hartjes, kreten, deel hun bericht.
Vandaag werd bekend dat PLAN Brabant opgenomen is als één van de 16 ontwikkelplekken in de BIS voor de periode 2025-2028. PLAN is het netwerk voor talentontwikkeling bestaande uit elf Brabantse podiumkunstinstellingen die gezamenlijk nieuwe makers van theater, dans en circus meerjarig ondersteunen. De toekenning is een bevestiging van waar de partners sinds 2013 zo zorgvuldig aan gebouwd hebben. Tegelijkertijd wordt de feestvreugde getemperd door de radicale keuzes die gemaakt zijn bij het Fonds Podiumkunsten waardoor PLANpartner DansBrabant en uitgestroomde PLANmakers als Katja Heitman, The100Hands en Sanne Nouws buiten de boot vallen.
De Raad voor Cultuur over PLAN in haar advies: “De raad vindt het veelbelovend dat PLAN buiten de klassieke kaders denkt en kiest voor op de persoon gerichte trajecten voor elke maker voor een periode van drie jaar. De raad ziet PLAN als een belangrijk scharnierpunt tussen de kunstvakopleidingen in de regio Brabant en de praktijk.”
Al in 2017 bij het verwerven van landelijke financiering werd gezegd “dat PLAN erin slaagt een voorbeeld te zijn voor de rest van Nederland op het gebied van talentontwikkeling door bestaande instellingen”. PLAN werkt met elf partners vanuit vier steden lokaal, in de regio, landelijk en internationaal. Bij PLAN is plek voor danstalent, voor theatertalent, voor circustalent, en voor alle interdisciplinaire tussenvormen. De veelzijdigheid van PLAN en de verschillende expertises van de partners passen bij een generatie makers die wil experimenteren met verschillende disciplines, speelruimtes en publieksbenadering.
Met trajecten op maat hebben tot nu toe makers als Katja Heitman, Eva Line de Boer, Simon Bus, Bram van Helden, Elias De Bruyne en Piet Van Dycke drie jaar kunnen werken binnen PLAN. PLAN geeft groot eigenaarschap aan de maker en steunt meerjarig financieel en met een – door de maker gekozen – mentor, het hele PLAN netwerk en de mede-PLANmakers.
De honorering binnen de BIS garandeert de makers van PLAN continuïteit en kwaliteit van hun ontwikkelomgeving. Naast het produceren van voorstellingen bieden de trajecten van PLAN volop kansen voor presentatie, residenties, onderzoek, verdieping en het verkennen van persoonlijk leiderschap. Daarnaast is er een speciale programmalijn ontworpen die gaat over Publiek&Context.
De komende vier jaar zullen makers als King Sisters (mentor: Festival Cement), Anthony van Gog (mentor: DansBrabant), Anna Verkouteren Jansen (mentor: Podium Bloos), Alesya Dobysh (mentor: DansBrabant), Maxime Dreesen (mentor: Theater De Nieuwe Vorst) en Arjuna Vermeulen (mentor: Theaterfestival Boulevard) kansen krijgen om te bouwen aan hun artistieke signatuur, netwerk en organisatie.
Foto: Euhm… in vijf bedrijven door Elias De Bruyne, copyright Kurt Van der Elst
Het makersduo Plankton, bestaande uit Sonja van Ojen en Hendrik Kegels, is met de voorstelling Om de hoek woont een struik genomineerd voor de Zwitserse Grünschnabel-Preis. Ze zijn daarmee één van de vijf genomineerden.
Tijdens het 16e Figura Theater Festival 2024 in Baden zal de regeringsraad van het kanton Aargau voor de elfde keer deze internationale prijs voor jong poppentheater ter waarde van 10.000 Zwitserse franken uitreiken. De prijs bekroont een jong theatergezelschap dat aan het begin van zijn professionele carrière staat en op een artistiek onafhankelijke en uitmuntende manier werkt met expressieve vormen van poppen- en objecttheater.
Genomineerden voor de “Grünschnabel 2024” zijn: Feikes Huis / Plankton (NL) met Om de hoek woont een struik, kapunkt. (stock+walther+schaper) (DE) met Schlafstadium N, Moritz Praxmarer (CH) met The Story of Larry, Annina Mosimann & Fernando Munizaga (CH/CHL) met Mycelium – A Nourishing Community, Théâtre Gudule (FR) met Santa Pulcinella.
Op 22 juni wordt de winnaar bekendgemaakt.
Over Om de hoek woont een struik
In Om de hoek woont een struik brengen theatermakers Sonja van Ojen en Hendrik Kegels een zelfgebouwde miniatuurstad tot leven. Niet de mensen, maar de Esdoorn, de Lantaarnpalen, het Openbare Toilet, de Schoorsteen, de Kevers onder de tegels en de Kiosk op het plein spelen de hoofdrol.
De dag breekt aan, een vuilnisbak waait om, een plastic zakje raakt verstrikt in de takken van een boom, een duif poept op het standbeeld, de krokussen gaan open.
Deze fantasievolle en woordeloze voorstelling wordt begeleid door een filmische soundtrack van Frederik de Clercq (Studio Ree).
Om de hoek woont een struik was één van de drie winnaars van de BNG Bank Theaterprijs 2020 en werd geselecteerd voor Het Nederlands Theater Festival 2021.
Om de hoek woont een struik is een coproductie met Feikes huis, Festival Cement, Plankton en Makershuis Tilburg.
Over Plankton
Sonja van Ojen en Hendrik Kegels maken beeldend theater voor alle leeftijden. Hun werk is beeldend, absurdistisch en speels. Ze studeerden allebei af aan de performance-opleiding van de Toneelacademie Maastricht. Samen maakten ze ook de voorstellingen Phantom Island, Microlepidoptera, Het Donker en onlangs ging Er rent een berg voorbij in première. Het duo is verbonden aan Feikes Huis, PLAN Talentontwikkeling Brabant, Stip Theaterproducties en Festival Cement.
Om de hoek woont een struik – foto Bas de Brouwer
‘Ik denk dat samen zingen misschien wel de meest activistische daad is die er is, omdat het gaat over jezelf verliezen in zekere zin. In een goed koor hoor je jezelf niet meer. Je geeft je stem samen met anderen en er gebeurt iets in die samensmelting van stemmen wat lijven niet kunnen, waardoor je jezelf verliest zonder dood te gaan.’
Van 2021 t/m 2023 werd performer, zanger, componist en theatermaker Timo Tembuyser ondersteund door PLAN. Manu van Kersbergen sprak afgelopen winter met Timo op een besneeuwd (!) pleintje voor de Sint Janskathedraal in ‘s-Hertogenbosch. Het gesprek start bij de kerk en opgroeien in een conservatief kader en gaat vervolgens over het over de grenzen kijken en de erotiek van muziek.
Timo’s nieuwe voorstelling MISSA MAMA NOVA is in de meimaand te zien in Theater Rotterdam (10 mei), Theater De Nieuwe Vorst in Tilburg (29 mei) en op Dag in de Branding in Den Haag (31 mei)
Een museumzaal is niet een voor de hand liggende plek voor een dansperformance, maar danser en choreograaf Alesya Dobysh houdt er juist van om zulke ruimtes op te zoeken. In 2023 liet ze een paar dansers tussen enorme architecturale objecten van Thomas Schütte in Museum De Pont door bewegen. Soms interacteerden ze met de sculpturen door ze aan te raken of door op ze te lopen of te klimmen. Ook bewogen de dansers zich dicht bij het publiek dat door de ruimte verspreid was, soms zelfs zodanig dat die gedwongen waren aan de kant te gaan.
Interview met Alesya Dobysh voor PLAN Talentontwikkeling Brabant
Tekst: Mina Etemad
Alesya Dobysh danste zelf ook in deze performance genaamd Motus Sonus. Ze stond op een klein platform dat verbonden was aan een modulaire synthesizer. Een microfoon ving de geluiden van haar lichaam op: haar voeten die op het platform terechtkwamen of haar hand die langs een ander lichaamsdeel schuurde. Max Frimout, de geluidsartiest waar Dobysh vaker mee samenwerkt, vervormde die geluiden ter plekke: een soort muziek waar Dobysh met haar dans weer op reageerde.
Het beginpunt van Dobysh’ werk is beweging in relatie tot geluid en geluid in relatie tot beweging. Ze maakt dus niet vanuit de wens een onderwerp te analyseren of uit te diepen. Dat is wel wat er vaak gebeurt als we naar een optreden kijken: we verwachten dat we een boodschap meekrijgen en dat er een narratief zit in het getoonde. Dobysh is uit op iets anders: ‘Ik wil dat mensen beweging als beweging zien en niet beweging als een verhaal.’
Fysieke reactie
Door de lichamelijkheid van dans kan iets intuïtiefs worden getriggerd, waar Dobysh op uit is. ‘Een fysieke reactie in plaats van een intellectuele. Je moet het voelen. Geen betekenis zoeken, maar het lichaam aanschouwen, de geluiden die dat lichaam maakt horen, de pulsaties die erdoorheen gaan zien.’
Dobysh begon met dansen in Rusland, waar ze in aanraking kwam met house dance, een straatcultuurdansstijl met veel voetbewegingen. Ze heeft dus nooit dans gestudeerd, maar was onderdeel van de urban dansgemeenschap in Moskou en leerde daar haar eigen stijl ontwikkelen.
Lange tijd begaf ze zich in de battle scene die hoort bij house dance, maar sinds een jaar of zeven is ze ook geïnteresseerd in het theater. Al zal het nooit echt een plek worden waar ze graag wil zijn, wat voornamelijk ligt aan hoe de ruimte is ingericht in theaters, met het podium aan de ene kant en het publiek aan de andere: ‘Er is vaak een afstand tussen het publiek en de performers.’
Geen comfort
Dobysh experimenteert door haar performances op minder traditionele plekken op te voeren: in oude fabrieken, galerieën of musea. Het publiek krijgt geen aangewezen plekken, maar kan zelf bepalen waar het gaat staan of zitten. ‘Als mensen niet op een comfortabele stoel achteruit kunnen gaan zitten zoals ze in het theater kunnen, maar eerst op zoek moeten naar een plek, zullen ze zich anders tot het werk verhouden. Ze zullen alleen daarom al wat ze zien minder intellectualiseren.’
De komende tijd zal Dobysh haar concepten verder ontwikkelen samen met PLAN Brabant. Beweging en geluid zullen de basis blijven van haar onderzoek, maar ze is altijd ook nieuwsgierig naar het samenwerken met andere artiesten. Vorig jaar had ze voor Motus Sonus drie andere dansers met verschillende culturele achtergronden en danservaringen uitgenodigd voor de performance en dat wil ze voor elk nieuw optreden graag weer doen.
Controleverlies
Momenteel werkt ze door aan Motus Sonus. Zo onderzoekt ze een nieuw element met geluidsartiest Max Frimout: hoe beïnvloeden materialen zoals aluminium, glas of metaal beweging en geluid? In de studio gooide Dobysh bijvoorbeeld water op een groot vel plastic, waar ze vervolgens op begon te dansen. ‘Je kunt uitglijden, dus je lichaam moet zich daaraan aanpassen – je verliest controle over je bewegingen. Het geluid dat je lichaam en het materiaal maken is ook anders.’
Het is voor Dobysh alsof er een ander persoon de performance binnenkomt als ze zo’n nieuw element introduceert. ‘Ik onderbreek mijn normale flow met zulk materiaal. Dat is spannend.’ Wat er precies uit dit onderzoek gaat komen en of ze het gaat gebruiken in een nieuwe performance weet Dobysh nog niet, maar net zoals andere aspecten in haar dans vindt ze het in ieder geval leuk om te experimenteren en te onderzoeken hoe haar lichaam zich beweegt.
Foto: Alesya Dobysh’ Motus Sonus in De Fabriek Eindhoven. |
Toen dansmaker Arjuna Vermeulen in 2020 een rol kreeg in de voorstelling Traces van choreograaf Shailesh Bahoran, kreeg hij nieuwe inzichten over zichzelf. Hij had zich tot dan toe alleen op breakdancevloeren begeven – het theater zag hij niet als een plek waar hij hoorde. ‘Theater leek altijd netjes en clean. Wat ik doe is niet mooi en perfect, het is rauw en real. Maar bij Shailesh zag ik dat terug en ik dacht: dat wil ik wel proberen.’
Interview met Arjuna Vermeulen voor PLAN Talentontwikkeling Brabant
Tekst: Mina Etemad
Tijdens die samenwerking besefte Vermeulen dat hij heel lang heeft vastgezeten in wat wel of niet mogelijk is in zijn bewegingen en in hoe hij zijn verhaal vertelt. Als breakdancer gebruikt hij bijvoorbeeld bijna nooit zijn armen, behalve voor wat simpele bewegingen om de beat te ondersteunen. ‘Maar Shailesh werkt met allerlei armconcepten omdat hij naast breaker ook popper en locker is’, legt Vermeulen uit. ‘Tijdens de repetitiedagen heb ik een paar uur naar mijn armen staan staren, zo van: what the fuck moet ik ermee doen?’ Plots klikte het en lukte het hem om Bahoran te volgen. ‘Blijkbaar ben ik niet alleen maar de breakdancer die bepaalde bewegingen doet, blijkbaar kan ik meer met mijn lichaam’, ging er door Vermeulen heen. Sindsdien probeert hij zijn artistieke visie verder te ontwikkelen.
Taal als maker
Daar past zelf dansen minder goed bij, al is dat enigszins noodgedwongen – Vermeulen is met breakpensioen. ‘Sinds mijn twaalfde breakdance ik al. Na een paar jaar les ben ik gewoon buiten gaan trainen, op stenen, zonder coach, zonder warming-up. Mijn lichaam is nu op. Mijn knieën, schouders en nek doen pijn.’ Hij doet oefeningen om de pijn te verlichten, zodat hij wellicht ooit zelf weer kan dansen. Maar ondertussen weet hij dat niet alleen uitvoerend dansen hem gelukkig maakt; sinds Traces is hij zich gaan afvragen wat de taal is die hij wil spreken als hij als maker in het theater staat en in hoeverre die verschilt van de taal die hij spreekt op de breakdancevloer.
Dat wat hem drijft, zijn filosofie, is liefde. Die vond hij toen hij in zijn tienerjaren begon met breakdancen. ‘Ik ben opgegroeid in een buitenwijk van ‘s-Hertogenbosch en werd altijd gepest. Ik heb een Indiaas uiterlijk, ook al ben ik Afrikaans-Indiaas. Mijn zus heeft een Afrikaans uiterlijk, mijn moeder is een redhead uit Rotterdam en er waren geen vaders in beeld. Wij waren het weirdste gezin in de straat.’
Overal waar hij kwam bleef hij de vreemdeling: ‘Bij turnen was ik de enige bruine dude in een strakke legging. Bij capoeira was iedereen achttien terwijl ik elf was.’ Maar toen stapte hij een les breakdancen binnen. ‘Binnen tien minuten zag ik: iedereen is hier weird. Er waren Surinamers, Molukkers, Hindoestanen… Ik denk dat dat inherent is aan straatcultuur en aan hiphop: iedereen die zich niet thuis voelt belandt op straat.’
De liefde die hij meer dan twintig jaar geleden in de breakdancecultuur vond, neemt hij nog steeds mee in alles wat hij doet. Een aantal jaar geleden zette hij met anderen het community center Cypher HQ op om hiphopcultuur te vieren en door te geven. Ook organiseert Vermeulen evenementen, zet projecten op en maakt community theater. De tatoeage op zijn nek spelt: Love is my religion.
Leunen op liefde
Het uitdiepen en leunen op die liefde binnen de hiphopgemeenschap heeft ook een keerzijde, want Vermeulen wordt er in zijn makerschap weleens door belemmerd. Als hij samen met anderen iets maakt voelt het alsof ze op gelijke voet staan met elkaar, dus in hoeverre kan hij dan nog een leider zijn die de koers bepaalt? ‘Als ik samenwerk maak ik het meteen comfortabel tussen ons en ben iedereens mattie. Maar als ik na een paar weken alles wil omgooien en de rest voelt dat niet, dan heb ik een probleem.’ Hoe kan hij die verstandhouding veranderen en zich meer positioneren als een artistiek leider, is een vraag waar hij nu mee worstelt.
Komende tijd wil hij bij PLAN Brabant daarom vooral zijn werkwijze onderzoeken. In juni 2024 zal hij drie weken lang elke week met een andere danser in de studio staan. Die dansers zullen uit verschillende disciplines komen, bijvoorbeeld een breakdancer maar ook een balletdanser. Een van de drie zal hij goed kennen, de ander wat minder goed en de laatste moet een totale onbekende zijn. Zo wil hij aftasten hoe hij zich het beste naar hen toe kan opstellen en hoe hij het meeste uit de samenwerkingen krijgt.
Wat er precies uit die onderzoeksweken gaat komen weet hij nog niet. Ergens in november staat er een voorstelling gepland, maar de contouren daarvan zijn ook nog vaag. Eerst is het nodig dat hij zichzelf uitdaagt en leert hoe hij zich het best als maker kan opstellen naar degenen waar hij mee werkt. Eén ding is in ieder geval duidelijk: zijn artistieke visie, zijn wens om liefde te delen en te verspreiden, zal hij altijd blijven uitdragen.
Foto’s: copyright PLAN-portret Arjuna Vermeulen door Niels Vinck.
Goed nieuws: drie kersverse PLANmakers zijn sinds 1 januari ingestroomd! Arjuna Vermeulen, Alesya Dobysh en Maxime Dreesen kunnen de komende jaren met steun van het netwerk hun talenten verder ontwikkelen. Heel kort iets over de makers, lees meer over ze op hun gloednieuwe pagina’s.
𝗔𝗿𝗷𝘂𝗻𝗮 𝗩𝗲𝗿𝗺𝗲𝘂𝗹𝗲𝗻 begon met dansen in 2002, waarna Breaking uitgroeide tot een manier van leven. In 2020 danste Arjuna bij Theaterfestival Boulevard in Traces van maker Shailesh Bahoran. Hier ontdekte hij zijn aanleg voor andere dansstijlen, zijn creatieve inzicht en zijn expressieve persoonlijkheid. Na jarenlang als autodidact in de breakdance scene actief te zijn geweest, zette Arjuna zijn zinnen op het theater. lees meer
𝗔𝗹𝗲𝘀𝘆𝗮 𝗗𝗼𝗯𝘆𝘀𝗵 komt uit de (Russische) straat-en club scene, waar ze de liefde voor house dance ontwikkelde – een clubstijl die de nadruk legt op gearticuleerd beenwerk en heavy flow. Ze won prijzen bij internationale battle events als Juste Debout (Parijs) en Summer Dance Forever (Amsterdam). Met haar bewegingstaal brengt Alesya haar voetwerk tot abstracties als ritme, pulsatie, stilte of lichaamsgeluiden. lees meer
𝗠𝗮𝘅𝗶𝗺𝗲 𝗗𝗿𝗲𝗲𝘀𝗲𝗻 is theaterregisseur en performer. Het werk van Maxime behandelt thema’s zoals seksualiteit, plezier, gender, falen en queer activisme. Vanuit (semi-)autobiografische bronnen streeft Maxime vervolgens naar een universeel, activistisch en politiek effect. lees meer
Fotografen: (van links naar rechts) Arjuna door Len van der Pol, Alesya door Kate Lock, Maxime door Lennert Madou.
Van 15 t/m 23 maart trakteert PLANpartner Festival Cement weer op een negendaags festival vol spannende voorstellingen. Zo’n 20 jonge makers uit Nederland en Vlaanderen tonen op allerlei plekken in Den Bosch hun werk aan een nieuwsgierig publiek. Zoals elk jaar, is er ook weer veel ruimte voor (oud) PLANmakers. Zin om nieuwe werk te ontdekken? We zien je graag in Den Bosch!
20 maart t/m 22 maart
Bram van Helden / Stichting Stilstaan
Tijd van de dingen
21 maart
Piet Van Dycke / Circumstances
Glorious Bodies
16 maart t/m 19 maart
King Sisters
Close To Harmony
15 maart t/m 18 maart
Plankton
Er rent een berg voorbij
22 maart t/m 23 maart
Simon Bus
Three Studies (for a self-portrait)
22 maart t/m 23 maart
Timo Tembuyser
Missa Mama Nova
Kijk voor het complete programma hier.
Op 9 september ging de nieuwste voorstelling van Plankton in première. ‘ Er rent een berg voorbij’ toert t/m januari 2025 langs de theaters. NRC..
Lees verder..In de broedplaatsen kunnen makers hun eerste stappen zetten en zichtbaar maken. Tegelijkertijd is het een kennismaking tussen een maker en partner(s), op basis waarvan een lange(re) samenwerking tot stand kan komen. Er zijn broedplaatsen in Breda, Tilburg, ‘s-Hertogenbosch en Eindhoven.
In PLAN werken de volgende producenten, podia én festivals samen: Festival Cement, Theaterfestival Boulevard, DansBrabant, Het Zuidelijk Toneel, Festival Circolo, De Nieuwe Vorst, Podium Bloos, Parktheater Eindhoven, United Cowboys, Theater Artemis en de Verkadefabriek. Lees hieronder meer over de werking van elke partner of klik door naar ieders website.